In bijna elk (model-)reglement is wel opgenomen, dat het de eigenaars en gebruikers een appartementengebouw niet is toegestaan om zonder toestemming van de algemene ledenvergadering van de VvE veranderingen in het gebouw aan te brengen, waardoor het architectonisch uiterlijk of de constructie ervan gewijzigd zou worden. Deze bepaling suggereert, dat de ALV bevoegd is om toestemming te verlenen voor wijzigingen in het architectonisch uiterlijk van het gebouw, die vervolgens gerealiseerd kunnen worden. Is dat zo?

Appartementsrecht en andere rechten

Ja en nee. Het toestemmingsvereiste is als onderdeel van het appartementsrecht opgenomen in het modelreglement. Dat reglement beheerst de rechtsverhouding tussen de bewoners onderling en de bewoners en de VvE. Verder dan dat reikt het niet. Dat kan ook niet anders, omdat de VvE een privaatrechtelijke gemeenschap van goederen beheert. In zoverre is het antwoord dus ja.

Echter, rechten en plichten van de VvE jegens derden worden niet door het modelreglement beïnvloed. Ik wijs bijvoorbeeld op:

• het auteursrecht van de architect;

• rechten van derden zoals erfdienstbaarheden;

• contractuele afspraken met de projectontwikkelaar; en

• publiekrechtelijke voorschriften waaronder redelijke eisen van welstand, het bestemmingsplan, een bouwverordening, het Bouwbesluit, en mogelijk een monumentenverordening.

Een wijziging van het architectonisch uiterlijk van het gebouw wordt is aan deze rechten en plichten onderworpen. In zoverre is het antwoord dus nee.

Auteursrecht

In deze bijdrage richt ik me op het auteursrecht van de architect. Kort gezegd komt het er op neer, dat de architect zich onder bepaalde omstandigheden kan verzetten tegen een door de VvE gewenste wijziging van het architectonisch uiterlijk van het gebouw.

Dat recht ligt vast in de Auteurswet. Op grond van artikel 10 van de Auteurswet is een gebouwontwerp een werk waarop auteursrecht bestaat. Naast het in artikel 1 Auteurswet bedoelde exploitatierecht van de architect (dat de architect het recht geeft om zich te verzetten tegen openbaarmaking en verveelvoudiging van zijn ontwerpen, schetsen en maquettes) kent artikel 25 Auteurswet de architect het recht toe om zich tevens te verzetten tegen:

(a) openbaarmaking van het werk zonder vermelding van zijn naam;

(b) openbaarmaking van het werk onder een andere naam dan de zijne;

(c) elke andere wijziging in het werk, tenzij de wijziging van zodanige aard is dat het verzet in strijd is met de redelijkheid; en

(d) elke misvorming, verminking of andere aantasting van het werk die nadeel zou kunnen toebrengen aan de eer of de naam van de architect of aan zijn waarde in deze hoedanigheid.

Met name de het onder (c) en (d) genoemde is hier relevant. Op grond van artikel 25 Auteurswet hebben architecten zich tot dusver regelmatig met succes kunnen verzetten tegen wijziging van door hen ontworpen gebouwen. Zo werd op vordering van de architect door de rechter verboden het aanbrengen van buitenzonwering op een gemeentehuis, ter voorkoming van zonhinder bij de aldaar werkzame ambtenaren omdat volgens de rechter sprake was van verminking van het bouwwerk. De rechter overwoog dat daarbij niet relevant is dat de gemeente veel meer kosten zou moeten aanwenden tot oplossing van het zich voordoende probleem of oplossingen, die voor de werkzame ambtenaren minder aantrekkelijk zijn.

In een andere zaak werd door de rechter de verbouwing van een gevel, die volgens de eigenaar nodig was vanwege bouw-, energie-, gebruiks- en verhuurtechnische eisen, verboden vanwege dreigende misvorming of verminking van het gebouw. In een andere zaak verbood de rechter zelfs, op vordering van de architect, de afbraak van een deel van een gebouwencomplex, omdat de voorgenomen wijziging neer zou komen op een verminking, althans een aantasting, die nadeel zou kunnen toebrengen aan de naam en de waarde als architect als maker van dit gebouw. De rechter overwoog daarbij dat onvoldoende aannemelijk is geworden dat het handhaven van de gevels in het kader van de verbouwing of nieuwbouw redelijkerwijs niet mogelijk was.

In de zaak waarover de Hoge Raad op 6 februari 2004 uitspraak heeft gedaan is bepaald, dat de totale vernietiging van een gebouw niet kan worden aangemerkt als een aantasting als bedoeld in artikel 25 lid 1 sub d Auteurswet. Maar ja, welke VvE zal nu het hele gebouw willen slopen? Dat gebeurt zelden of nooit.

De VvE wil verbouwen, maar de architect verzet zich. Wat nu?

Stel nu, dat de VvE een verbouwing wil doorvoeren, bijvoorbeeld het plaatsen van een lift langs bestaande de buitengevel van het gebouw, maar dat de architect zich daartegen verzet. Wat dan? Op grond van het voorgaande kán de architect zich ertegen verzetten, maar de argumenten voor en tegen zullen door de rechter van geval tot geval worden afgewogen. De rechter zal daarbij belang toekennen aan de (bouwkundige) noodzaak van de voorgenomen wijziging en de door de VvE te bewijzen stelling, dat het doel van de wijziging niet op een andere wijze kan worden bereikt. De architect is doorgaans de partij die eist dat de voorgenomen wijziging verboden wordt. Hij zal moeten stellen en bewijzen dat sprake is van misvorming of verminking van zijn werk.

De gang naar de rechter is echter tijdrovend en kostbaar. Meestal is dat niet voorzien in de bouwplanning, laat staan dat er budget voor is binnen de VvE.

Bouwplannen: denk aan de architect!

Uit het bovenstaande blijkt wel, dat de rol van de architect niet gemist kan worden bij wijzigingen in het architectonisch uiterlijk van het gebouw. Bedenk daarbij, dat als hoofdregel het auteursrecht pas na 70 jaar na het sterfjaar van de architect vervalt en dat derhalve ook de erven of de rechtsopvolgers van de architect zich erop kunnen beroepen. De VvE kan zich niet beroepen op haar modelreglement in de relatie tot de architect, omdat het reglement de architect niet bindt. De VvE of de appartementseigenaar die bouwplannen heeft, doet er derhalve verstandig aan om deze in een vroeg stadium te laten toetsen en goedkeuren door de architect van het gebouw of diens rechtsopvolgers. En uiteraard moet ook de ALV toestemming verlenen, maar dat spreekt voor zich in de VvE.